Waarderingsgrondslagen
Algemeen
De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.
De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar gesteld wordt.
Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen of schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende verlofaanspraken en dergelijke.
Voor arbeidskostengerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenprogrammabegroting, te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (bijvoorbeeld reorganisaties) wordt wel een verplichting opgenomen.
Vernieuwing BBV
Vanuit het thema 'Vernieuwing BBV' hebben met ingang van balansdatum 01-01-2016 de volgende BBV besluiten en publicaties effect:
- Notitie grondexploitaties 2016;
- Notitie Faciliterend grondbeleid 2016;
- Winstbelasting per 01-01-2016.
De consequenties van de bovenstaande besluiten en publicaties zijn verwerkt in de grondslagen hieronder en de jaarcijfers van 2016.
Immateriële vaste activa
Met ingang van 1 januari 2016 zijn in overeenstemming met de BBV de bijdragen aan activa in eigendom van derden vanuit de post financiële vaste activa geherrubriceerd naar de post immateriële vaste activa.
De bijdragen aan activa in eigendom van derden worden vanaf het moment van ingebruikneming lineair afgeschreven op basis van de afschrijvingstermijnen van de materiële vaste activa.
Materiële vaste activa met economisch nut
Deze materiële vaste activa worden gesplitst in 2 categorieën:
- investeringen waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven;
- investeringen waarvoor ter bestrijding van de kosten geen heffing kan worden geheven.
De waardering is tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht voor zover die de voorlopige kosten van de investering niet overstijgen.
Slijtende investeringen worden vanaf het eerste boekjaar na het moment van ingebruikneming lineair afgeschreven op basis van de verwachte gebruiksduur. Op grondbezit met economisch nut wordt niet afgeschreven.
Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is.
De gehanteerde afschrijvingstermijnen in jaren zijn hieronder opgenomen.
Tabel afschrijvingstermijnen
Activasoort | Afschrijvingstermijn in jaren |
Gronden en terreinen | |
Grond | 0 |
Bedrijfsgebouwen en woonruimten | |
Parkeergarages | 50 |
Permanente gebouwen & Verbouwingen, renovaties en restauraties | 40 |
Semi – permanente gebouwen | 20 |
Installaties, leidingen en voorzieningen | 20 |
Dak en/of dakbedekking | 15 |
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken | |
Bruggen en viaducten (verkeerstechnische kunstwerken) | 75 |
Verkeersinfrastructuur | 30 |
Verkeersvoorzieningen & Verkeersregelingen | 20 |
Parkeermaatregelen | 10 |
Openbare verlichting: kabels | 25 |
Openbare verlichting: masten & LED-armaturen | 15 |
Openbare verlichting: LED-behuizingen | 10 |
Bouwkundige voorzieningen | 20 |
Kunstgrasvelden – onderlaag | 20 |
Kunstgrasvelden – bovenlaag | 10 |
Sport grasvelden | 15 |
Herinrichting wijken (niet meer in gebruik per 01.01.2011) | 20 |
Lage Kade | 60 |
Rioleringen | 40 |
Beschoeiingen & Voorzieningen in bossen en parken / hekwerk | 10 |
Vervoermiddelen | |
Tractoren - landbouwvoertuigen | 10 |
Vrachtauto’s | 5 |
Fietsen en scooters | 5 |
Personenauto’s | 5 |
Machines, apparaten en installaties | |
Telecommunicatie voorzieningen & Glasvezelbekabeling | 10 |
Parkeerapparatuur | 10 |
Datacommunicatie voorzieningen & Hard- en software | 5 |
Machines en installaties (niet vast aan/in gebouwen) | 10 |
Gereedschappen | 5 |
Overige materiële vaste activa | |
Ondergronds afvaltransportsysteem | 30 |
(ondergrondse) Afvalcontainers | 10 |
Inrichting van gebouwen en inventaris | 15 |
Speelvoorziening | 10 |
Invalidentoiletten | 10 |
Voor de waarde van de in erfpacht uitgegeven gronden geldt de uitgifteprijs van eerste uitgifte als verkrijgingsprijs. Gronden in eeuwigdurende erfpacht worden gewaardeerd tegen registratiewaarde.
Onder de materiële vaste activa zijn onderhanden activa (activa in uitvoering) opgenomen. Het betreft vooruitbetaalde termijnen en gemaakte kosten (inkopen en personeelskosten) op investeringen in kapitaalwerken die nog niet zijn opgeleverd. Na gereedmelding worden deze activa ondergebracht in één van de bovengenoemde rubrieken.
Materiële vaste activa met maatschappelijk nut
Dit betreft infrastructurele werken in de openbare ruimte, zoals wegen, pleinen, bruggen, viaducten en parken. Voor zover in voorkomende gevallen een snellere budgettaire dekking mogelijk is, wordt op dergelijke activa extra afgeschreven. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht voor zover die de voorlopige kosten van de investering niet overstijgen.
Financiële vaste activa
De post financiële vaste activa omvat zowel deelnemingen in een aantal vennootschappen als langlopende leningen u/g. Het aandelenbezit is gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of lagere marktwaarde. De leningen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Zonodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.
De jaarlijks ontvangen canon bij eeuwigdurend in erfpacht uitgegeven gronden zijn opgenomen tegen contante waarde. Het uitgangspunt daarbij is de interne rekenrente bij uitgifte, die gedurende de duur van de overeenkomst ongewijzigd blijft.
Voorraden
Met ingang van 1 januari 2016 zijn de nog niet in exploitatie genomen bouwgronden (NIEGG) afgeschaft in overeenstemming met een BBV wijziging in 2016. Dit betekent dat deze gronden zijn aangemerkt als materiële vaste activa.
De overige grond- en hulpstoffen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs.
De als onderhanden werken opgenomen grondexploitatieprojecten en overige onderhanden werken zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend overeenkomstig de kostensoortenlijst van het Besluit ruimtelijke ordening (zoals grondaankopen en kosten bouw- en woonrijp maken). Daarnaast omvat de vervaardigingsprijs de daadwerkelijk te betalen rente over het vreemd vermogen.
Winsten uit de grondexploitatieprojecten en overige onderhanden werken worden slechts genomen indien en voor zover die met voldoende mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Zolang daarvan geen sprake is, worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht. Indien uit de prognoses blijkt, dat de boekwaarde niet kan worden gecompenseerd met verwachte toekomstige opbrengsten, wordt voor het tekort een voorziening getroffen.
De vooruitontvangen bijdragen voor het onderhanden werk worden in mindering gebracht op de vervaardigingskosten, ook de bijdragen die de voorlopige kosten overstijgen.
Gereed product wordt gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de kostprijs. Dat laatste doet zich met name voor indien voorraden incourant worden. De kostprijs bestaat uit de verkrijgingsprijs van grond- en hulpstoffen en de loon- en machinekosten die aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend.
Uitzettingen en overlopende activa
De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht.
Liquide middelen
Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.
Eigen vermogen
Het eigen vermogen bestaat uit de algemene reserve en de bestemmingsreserves. De algemene reserve is vrij besteedbaar. Bestemmingsreserves zijn reserves die de gemeenteraad voor specifieke doelen heeft ingesteld of die dienen om schommelingen op te vangen in aan derden in rekening te brengen tarieven.
Voorzieningen
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De onderhoudsegalisatievoorzieningen stoelen op een meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de gemeentelijke kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de kwaliteitseisen die ter zake geformuleerd zijn. In de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen die is opgenomen in het jaarverslag, is het beleid ter zake nader uiteengezet.
De voorzieningen voor pensioenen wethouders zijn op contante waarde gewaardeerd.
Schulden met een rentetypische looptijd langer dan één jaar
Van de langlopende schulden is de oorspronkelijke looptijd een jaar of langer. Deze schulden zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
De vooruitontvangen afkoopsommen bij tijdelijk in erfpacht uitgegeven gronden vallen vrij ten gunste van het resultaat naar gelang de looptijd van het erfpachtcontract.
Schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
Van de langlopende schulden is de oorspronkelijke looptijd een jaar of korter. Deze schulden zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
Vlottende passiva
De onder de noemer vlottende passiva gepresenteerde schulden en vooruitontvangen bedragen hebben betrekking op een resterende looptijd van minder dan een jaar en zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
De ontvangen bijdragen die de voorlopige kosten van investeringen overstijgen, worden gepresenteerd als vooruitontvangen bedragen en als specifieke voorschotten ontvangen van het Rijk of Provincie.
Bedragen
Alle bedragen in de jaarrekening zijn X € 1.000, tenzij anders aangegeven.